vrijdag 21 december 2012

Terug naar de natuur

Soms zie je iets waarvan je denkt : ah ja, dat was ik helemaal vergeten maar vroeger was dat inderdaad zo.
Zo zag ik laatst in een televisieserie een jongetje dat zijn fiets gewoon tegen de gevel smeet en onbezorgd naar binnenliep. Eerst denk je nog, die verschijnt zodadelijk terug, om het ding vast te maken, met zijn kijvende moeder op de hielen, omdat hij het weer eens vergeten was.  Maar nee hoor, in de volgende scene zit hij al gretig slurpend achter zijn bord soep.  De serie speelde zich af ergens in de jaren 60 midden in de stad, dus niet eens zo lang geleden.  Inderdaad, toen kon je er nog zeker van zijn je tweewieler 's anderendaags in perfecte staat op dezelfde plaats terug te vinden.
De laatste tijd is alles wat niet dubbel vergrendeld is een potentiële én waarschijnlijke buit.
Zo komt het dat je tegenwoordig de gekste opschriften ziet, zoals in het portaal van een kledingzaak bijvoorbeeld, bij een mand met kapstokken : Gratis mee te nemen (mand laten staan !).  Of op de toog bij de slager bij een bakje met gratis kruidenzakjes : Eén per klant. 
Een mens moet op alles bedacht zijn!
Om terug te komen op de fiets voor de deur : niemand haalt het dezer dagen nog in zijn hoofd hem zonder slot onbeheerd achter te laten. Maar zo kan het toch nog gebeuren enkel een goed vergrendelde, compleet gestripte kader terug te vinden.
Zo ook hangen op bouwwerven 's nachts en in het weekend de ladders en kruiwagens hoog aan de kraan te bungelen.
Ook al ben je ondertussen aan dergelijke beelden gewoon, het blijft een beetje triest dat er door sommigen verondersteld wordt dat alles wat niet vast zit, zo maar kan meegenomen worden.
Zelfs al ligt iets achter vergrendelde deuren, in je auto bv, moet je nog heel goed opletten niet de illusie te wekken dat er zich een mogelijke prooi binnen handbereik bevindt, want gegarandeerd wordt het raampje ingeslagen.
Laat a.u.b. niet je autosleutels binnen op tafel liggen, zichtbaar van in de tuin, zoals een vriendin van mij, want toen laatst het voertuig gestolen bleek, kreeg ze van de politie het verwijt dat ze had geprovoceerd.
Zelfs leegstaande panden, waar in de ogen van een gewoon mens niets meer te halen valt, worden gestript van vloeren, koperen buizen enz..
Zo stond er bij ons in de buurt, langs een 's nachts vrij verlaten baan, een beetje achterin, een oud boerderijtje. Vanaf het moment dat de tuin tekenen van verwaarlozing vertoonde, begonnen er stilaan dingen te verdwijnen.  In het begin denk je nog dat bij de laatste storm een deel van de pannen is afgewaaid of dat een stel krakers de voordeur hebben ingetrapt.  Als de volgende week de ramen aan diggelen liggen, denk je : dronken vandalen.  Telkens ik er voorbij reed was het huisje in verdere staat van ontbinding.  Tot ik doorhad dat het hier om een systematische plundering ging. Nooit heb ik er iemand overdag bezig gezien met afbraakwerkzaamheden maar na een jaar of twee was er geen plank, buis of steen meer te bekennen en had de natuur de laatste sporen van bewoning uitgewist.
Van roof gesproken. Of is het dat wat ze tegenwoordig onder recyclage verstaan. De ecologische voetafdruk als het ware uitgewist'!


2.bVB

maandag 3 december 2012

Waar

Als je denkt : dit is al te gek, dit kan geen mens verzinnen, dan is het meestal waar gebeurd.
Het echte leven is inderdaad soms gekker dan het meest bizarre verhaal.
In het vroegere tv-programma, De drie wijzen, moesten 2 kandidaten oordelen over een al dan niet verzonnen verhaal dat 3 bv's kwamen te vertellen.  Met voormelde in het achterhoofd kwam je meestal al een heel eind naar de overwinning.
Laat mij U dit vertellen :
Een pientere dame is jarenlang getrouwd met een fout individu. Ze krijgen 2 kinderen.  Zij kan hem niet verlaten uit schrik haar kinderen te verliezen. Tien jaar later gaat zijn zaak frauduleus failliet en durft ze eindelijk te vertrekken. Vervolgens stalkt hij haar voortdurend en moet ze daardoor verschillende keren verhuizen, want zijn 'netwerk' beschermt hem, en niet haar. Dan komt zijn medeplichtigheid aan moord aan het licht, wordt daarvoor ook veroordeeld en belandt bijgevolg gelukkig in de cel.
Op zich vind ik dit al redelijk ongelooflijk. Je weet dat zo'n dingen gebeuren, maar dergelijke types behoren liefst niet tot je onmiddellijke entourage.
Zij staat er dan verder wel alleen voor zonder 1 cent onderhoudsgeld, want hij heeft zijn centjes al lang veilig opgeborgen in één of ander belastingparadijs.
Zo raar kan het leven lopen.
Zij was dan misschien wel gevallen voor de mooie praatjes van een foute man, maar voor de rest is zij gelukkig een intelligente, ambitieuze vrouw en komt meer dan behoorlijk op haar pootjes terecht.
Zij gaat hem na alle misère uiteraard niet opzoeken in de gevangenis maar via de kinderen die samen met de grootouders papa wel bezoeken blijft ze op de hoogte. Zo verneemt ze na een paar jaar dat hij een nieuwe vriendin heeft. Iemand die hij nog kent van vroeger en die zelfs gebruik maakt van het private bezoekrecht.
Onvoorstelbaar, niet? Hoe kom je erbij? Wie wil nu zo'n man?  Denken wij...
Onze dame vindt het allemaal best, zo laat hij hààr tenminste met rust.
Als één derde van zijn tijd er op zit en hij vervroegd kan vrijkomen kijkt hij daar natuurlijk naar uit om met zijn nieuwe liefde te kunnen gaan samenwonen, maar dan... pleegt die onverwacht zelfmoord. Waarom toch?
Een paar dagen later staat er plots een vriend bij de, ondertussen, ex-gevangene op de stoep om zijn hart uit te storten. Zijn vriendin heeft toch wel zelfmoord gepleegd zeker! En... omdat zij nog getrouwd was met een ander wist hij niet waar naartoe met zijn verdriet...
U raadt het al : het ging over één en dezelfde persoon.
Ah, daarom dus! Zo lang zij kon bepalen wanneer ze hem in de gevangenis kon bellen of bezoeken was het allemaal nog net te organiseren met 1 man en 2 minnaars, maar nu hij vrijkwam kon ze haar beloftes aan hem niet nakomen en zou ze moeten kiezen.
Een scenario voor een derderangssoap, denkt U?
Onvoorstelbaar inderdaad, en dus......WAAR!


2bVB

maandag 22 oktober 2012

Soap

Tot mijn scha en schande moet ik toegeven ook lichtelijk verslaafd te zijn aan een soap.  Natuurlijk alleen maar omdat iedereen anders hier in huis dat ook is.
Gelukkig maar één bepaalde en niet de hele dagelijkse waslijst.  Laten we hem voor de gemakkelijkheid 'Overal en altijd' noemen, een typische saopnaam, niet?  Jaren heb ik mij er zonder veel moeite tegen verzet.  Je hebt toch wel iets beters te doen dan elke dag naar die onzin te kijken!  Want laten we eerlijk zijn, als dat het echte leven moet voorstellen : arme wij!  Iedereen doet het, vroeg of laat, met iedereen en al het ongeluk van de wereld moet door een paar sukkelaars getorst worden.  Er wordt ook wat afgeruzied, uiteraard, maar na het obligate felle en vooral lange tegensputteren komt alles uiteindelijk steevast weer goed.  Vergeven en vergeten.  Zussen of beste vrienden die met elkaars partner gaan lopen leggen het weer bij.  Slachtoffers vergeven verkrachters, kidnappers, moordenaars...  Niemand zo vergevingsgezind als een saoppersonage.
Tenzij er natuurlijk een niet te helen vete wordt voorgeschreven door de scenaristen, want ambiance moet er zijn.  Dan wordt er weer overdreven in de andere richting.  Geen manier wordt onbenut gelaten om de ander het leven zuur te maken, met meestal de fatale climax, mét open einde, bij de seizoensfinale.
En plots zit je dan drie maanden zonder.
Je wilt het niet toegeven maar je hebt een kater.  Het rustpunt in je dag is verdwenen.  Dat zalige moment onderuit samen knus in de sofa, verstand op nul.  Na het zomerreces ben ik hiervan gelukkig al lang genezen en hoop ik dat de echte adepten in huis ook over hun verslaving heen zijn.  Maar dan worden de avonden weer langer en killer en de buis lonkt.  Voor je het beseft is iedereen, ik incluis, weer in wintersaopmodus.
Nu ben ik, tot ergernis van mijn huisgenoten, toch een vrij nuchtere kijker.  Ik wil nog een beetje fierheid bewaren.  Met andere woorden : ik kan mij vaak niet onthouden van commentaar op de meest onzinnige dingen, gaande van kledingstijl over fouten in het verhaal en totale afwezigheid van realiteitszin naar de absurditeit van sommige dialogen. 
Maar als onder vrienden of familie de hele tv-programmatie de revue passeert kan ik in het saophoofdstuk dus wel volgen.  Anders dan de echte hipsters die op zo een moment een domper op de vrolijkheid moeten drukken door te zeggen 'wij hebben geen tv'.  Een korte verbaasde, voor sommigen, schaamtevolle stilte tot gevolg.  Maar de harde kern keuvelt dan tot mijn ergernis nog uitgebreid verder over hun favoriete personages alsof het bv over hun echte buren gaat.
Ik weet niet wat erger is, dat of er een hele column aan wijden.


2.bVB 

woensdag 12 september 2012

Vrijdagmiddag

Na een week hard naar een deadline toewerken, wilden we onszelf belonen en vrijdagmiddag eens rustig gaan lunchen.
We hadden in de buurt een klein eethuisje zonder kapsones uitgekozen.  Voor ons was dit het eerste bezoek maar we hadden ons wel laten leiden door enkele veelbelovende culinaire kritieken in de plaatselijke pers.  De naam van het etablissement was ondertussen wel verandert, wat meestal betekent, ook iemand anders achter het fornuis.  Maar de kaart was veelbelovend en de vriendelijke bediening hartverwarmend.  Bij een heerlijk huiswijntje zaten we dus even later hoopvol te wachten op wat komen ging.  Daar we beiden nogal dol zijn op pasta en scampi's, hadden we ons laten verleiden door een gelijknamig gerecht. 
Toen onze borden op tafel verschenen, zagen we echter allerminst wat we hadden verwacht.  We konden ons nochtans niet echt bedrogen voelen want wat we hadden besteld, hadden we ook gekregen, namelijk gekookte pasta met een stuk of 8 scampi's met verder..... niets.  Geen groenten, geen sausje, geen kruiden. 
Eén van mijn uitgangspunten bij restaurantbezoek is : kies nooit wat je thuis ook kan eten.  Nu, dit kon ik, met mijn beperkte kookkunsten, ook nog klaarstomen én véél beter.
Heel even hebben we nog overwogen om het toch maar op te eten, maar opeten zonder morren, betekent ook betalen en dat kon ik echt niet opbrengen voor deze miskleun.  Mijn eega wenkte dus toch maar de vriendelijke ober om voorzichtig te informeren of het sausje misschien vergeten was.  Enige verontschuldiging, verbazing of desnoods verontwaardiging van zijn kant hadden we kunnen begrijpen maar in plaats daarvan keerde hij met een simpele  'ik zal eens horen' naar achter terug.
De, naar onze mening, warme poedermelk met een kleurtje, de naam saus compleet onwaardig, arriveerde, na heel wat geharrewar in de keuken, zo'n 20 minuten later toen de pasta net van temperatuur was om er een fris slaatje van te maken.
Op zo'n moment denk je dat je het vervolg van het scenario wel kent :
Je pikt dit niet en doet met enige, weliswaar ongewilde, stemverheffing je beklag.  De kelner doet dan heel verwonderd want heeft nog nooit met enig ongenoegen te maken gehad.  De mensen aan de naburige tafeltjes kijken geïrriteerd jouw richting uit en na het nodige getouwtrek krijg je, in het beste geval, een gratis drankje van het huis en steevast alsnog de rekening gepresenteerd.
Wie schetst onze verbazing als we, wanneer we de man opnieuw onze richting uit wenken, hij voor we iets kunnen zeggen, de borden voor onze neus weggrist met de woorden  'ja sorry, we weten dat het niet te eten is maar U hoeft niet te betalen hoor'.  Totaal van de kaart blijven we dus, bijna letterlijk, op onze honger zitten. Een beetje beduusd lachend kijken we stiekem alle kanten uit : toch geen verborgen camera zeker.  Nee dus.  De lekkere wijn moesten we zelfs ook niet betalen. 
Onnodig erop te wijzen dat deze zaak ondertussen zijn deuren definitief gesloten heeft.  Problemen met de kok veronderstel ik....
Die middag staat niet op onze lijst van leuke uitjes, maar zeker wel op die van de memorabele momenten en waar we dit later ook vertellen : ambiance verzekerd!

2.bVB

zaterdag 21 juli 2012

Verboden te roken

Met het algemene rookverbod in horecazaken, bedrijven en openbare gebouwen is het in één klap overal een stuk vrijer ademen.  Als niet-roker is dit letterlijk een hele opluchting. 
Maar in het straatbeeld geeft dat aanleiding tot de meest onvoorziene en onverwachte taferelen.
Het begon met grotere terrassen bij cafés en restaurants of op z'n minst een bank voor de deur. Leuk!  Maar zelfs in het late najaar bleven de stoelen buiten staan en verschenen er bovendien kleurrijke dekentjes en warmtestralers.  Was onze mentaliteit veranderd?  Wilden we met z'n allen niet toegeven aan de naderende winter?  Als niet-roker leg je aanvankelijk écht niet eens de link. Tot de temperatuur zo fors daalt dat het buiten zitten/staan alleen nog door mensen met een verslaving kan verantwoord worden.  Overal vallen nu de groepjes koukleumende mensen op bij kantoorgebouwen of onder afdakjes aan de uitgang van een supermarkt, en realiseer je je na de eerste verbaasde vaststelling : oh ja, rokers!
Voor de rest zie je de meest bizarre situaties.
Bij een ziekenhuis zitten bijvoorbeeld patiënten in rolstoel en met baxter hun obligate sigaretje te roken.  Hopelijk zijn die niet in behandeling voor een hart- of longziekte.
Aan de deur bij de kapper zag ik laatst een dame met schort, de haren in de week voor een tweekleurige balayage, inderdaad, je geloofd je ogen niet, sigaret in de mond.  Hoe kom je erbij?  Mooi is anders.  Je gaat toch naar de kapper om goed voor de dag te komen en dan sta je daar zo te kijk.  Ze leek inderdaad niet echt gelukkig en tuurde onrustig de straat af, waarschijnlijk bang om door een bekende in deze toestand betrapt te worden.
Maar medelijden kan ik niet echt hebben met de bannelingen.  Wel met de soms eenzame zielen, binnen aan een tafeltje voor twee, wiens gezelschap, na de sigaret, pas op de tweede plaats komt.
Of met de verder werkende niet-rokers zonder pafpauze die bovendien de uitwisseling van de allerlaatste nieuwtjes missen en zich, figuurlijk dan, buitengesloten voelen.  Je zou er bijna van gaan roken. (maar niet echt natuurlijk).

2.bVB

donderdag 12 juli 2012

Solden

30 juni was het weer zover : het begin van de solden.  We willen ons er echt niet in wagen!  We zijn toch niet zot zeker!  Maar ... de daarop volgende dagen zijn al bezet en in de voormiddag is het nog niet zo druk en die ene favoriete winkel lonkt.
Dus ... wijle weg.
Er is niets zo leuk als mooie soldenspullen op de kop tikken voor het volgende seizoen of dat favoriete vestje kopen aan minder dan de helft van de prijs. Missie geslaagd!
Voldaan kuieren we vanaf 11 u rustig verder langs de overige winkels.  Niets moet meer.  Maar dié winkel kan nog wel even.  Je weet maar nooit.  En ja, we willen wel het een en ander passen.
Tot onze verbazing treffen we voor de pashokjes een wegversperrend bord met het opschrift : Today the fittingrooms are closed...  Hoogst verbaasd hang ik het topje en de pantalon al terug op het eerste het beste rek.  Het jasje is wel heel mooi.  Dat kan ik snel even over aantrekken.  Een vrije spiegel vinden is een andere zaak.  Achteraan in de winkel vind ik eindelijk mijn onverstoorde evenbeeld.  Tot een verkoopster me wegjaagt met de woorden dat dit hier de schoenenafdeling is en je in deze spiegel derhalve alleen je voeten voorzien van potentieel nieuw schoeisel mag bekijken.
Mijn verontwaardiging is compleet.
Ik verlaat de winkel zonder iets te kopen maar niet zonder mijn ongenoegen te uiten aan de overbezette garante.
Zij verschuilt zich uiteraard achter de van hogerhand opgelegde regels en het feit dat er altijd mag worden geruild.  Inderdaad, degene die de wetten bepaalt moet nooit rechtstreeks de klachten aanhoren en ontevreden klanten te woord staan.  Dat is het lot van het voetvolk. Leuk is anders.
Het beroepen op de zogezegde makkelijke ruilpolitiek vind ik trouwens respectloos ten opzichte van de minder assertieve consument.  't Is de eerste soldendag dus kopen zal je, met of zonder passen.  De meeste ontgoochelde klanten durven toch niet terug te komen of vinden er binnen de gepaste termijn de tijd niet voor.
Als je toch het lef hebt, kan je alleen ruilen tegen een tegoedbon die je alsnog in dezelfde winkel moet besteden.  Dus één keer de kassa gepasseerd zijn ze zeker van het geld.  Van misleiding gesproken.
Mensen die de eerste dag komen zijn er zich wel van bewust een massa gelijkgezinden aan te treffen en verwàchten een lange rij bij de pashokjes.  Ze kunnen dan zelf beslissen de fout te willen maken om te kopen zonder passen.  Pas dan is het ruilen zonder geldteruggave eerlijk.
En dan het verbieden van een bepaalde spiegel!  Te gek voor woorden.
Van colère (vergeef mij het franse woord, zij mogen wel in het Engels) niets kopen is hun verdiende loon.  Ik troost mij glimlachend met de gedachte dat ze die dag ook wel niet veel bikinietjes verkocht zullen hebben.
Later op een leuk terras, voldaan, met onze gepaste en uitgebreid gespiegelde aankopen onder het tafeltje, dromen we er samen van enkel rebelse vrienden zonder gêne op te trommelen die gewoon alles, tot slipjes en bh's toe, in de winkel zouden passen.  Aandacht in de plaatselijke pers verzekerd. Maar die gratis reclame gunnen we hen niet!

2.bVB

dinsdag 3 juli 2012

Voor 'altijd'

Laatst las ik in een tijdschrift, onder de rubriek 'mijn verhaal', de brief van een 36-jarige vrouw over de dood van haar beste vriendin.  Hoe erg ze het vond de dagelijkse babbeltjes aan de schoolpoort te moeten missen, de 'koffieklets'  op woensdagnamiddag wanneer de kinderen samen speelden, het uitwisselen van alle wel en wee, de gezamenlijke uitstapjes...
Voor mij is dit zo pijnlijk herkenbaar.  Ook ik, had zo'n vriendin, jaren geleden.
Zij had net als ik drie kinderen en ook van dezelfde leeftijd. We woonden in dezelfde straat en de kinderen gingen naar dezelfde school.  Ook de papa's konden het uitstekend met elkaar vinden.  We deden regelmatig samen uitstapjes naar speel- en dierentuinen waarna we dan eens bij de ene en de volgende keer bij de ander gezellig samen gingen eten.  In de vakanties hadden we zelfs een vaste namiddag in de week om bij elkaar te gaan 'buurten'. Leuk voor ons en de kinderen .  Af en toe gingen we ook samen winkelen, zonder de kinderen.  Dan konden de papa's eens bijkletsen tijdens het babysitten.  Kortom : iedereen prees zich gelukkig met elkaars gezelschap en vriendschap.  In onze ogen kon dit niet meer stuk, we waren echte soulmates.
Maar dat is ondertussen meer dan 15 jaar geleden. 
Het verschil met de vrouw uit het artikel is dat mijn vriendin nog leeft. We zien elkaar alleen niet meer.
In die tijd werd ons rijtjeshuis in de gemeenschappelijke straat te klein voor ons gezin met drie opgroeiende kinderen en mijn man zijn uitbreidende boekhoudkantoor.
We kochten een lapje grond slechts 2 km verderop en bouwden daarop een meer geschikte praktijkwoning met eindelijk plaats voor een wachtruimte, archief...en, oef, een garage voor oa de fietsen. Ze waren blij voor ons en kwamen met veel plezier helpen met de verhuis. Ze stuurden nog een aangrijpend kaartje om ons te feliciteren met de nieuwe woonst : uit de straat mocht zeken niet betekenen uit het hart...maar dat deed het dus wel.
Er volgden nog een paar moeizaam gemaakte afspraakjes om samen iets te ondernemen en één keer zijn ze nog op bezoek geweest. Daarna stierf onze hechte band een wonderlijke dood.
Hem zagen we nog een paar keer per jaar als mijn man nood had aan zijn computerexpertise of als hij ons nodig had om zijn belastingaangifte in te vullen.  In het begin was het gewoon leuk elkaar nog eens terug te zien. Hij gaf ons altijd het gevoel : terug van nooit weggeweest te zijn. En telkens zei hij dat we nog maar eens moesten afkomen.  Hij ging zijn vrouw laten bellen want zij regelde de agenda van de vrije tijd.
Nooit hoorden we iets van haar en elke keer werd de confrontatie met hem daardoor een beetje pijnlijker. Tot we gewoon op de man af vroegen of we iets misdaan hadden of onbewust iets hadden gezegd wat hen had gekwetst.  Hij bleef volhouden dat er geen vuiltje aan de lucht was, maar nog kwam er geen telefoontje. En wij durfden tenslotte ook niet meer te bellen.

Regelmatig denken we nog aan hen, met spijt en weemoed.
Het voelt aan als een echt verlies.
Het waarom zullen we nooit weten.

Niets is voor altijd. Het blijft een moeilijk te verteren levensles.

2.bVB

maandag 18 juni 2012

Douche

Hoe beter je thuis verwend bent hoe meer kans het elders slechter te treffen.
Dat geldt onder andere voor matrassen, om maar iets te zeggen.  Vroeger kon ik in een behoorlijk hotel zalig zuchten als ik mij na een dagje stappen moe te rusten legde op het vreemde bed. Na een heerlijke nacht op de, op al de juiste plaatsen steungevende, matras kon ik het 's anderendaags niet nalaten de lakens te verwijderen op zoek naar het etiket. Zo'n merk moest ik thuis ook hebben!  Maar nu ik dat thuis heb, zijn de zalige zuchten voor als ik weer terug ben.  De vergelijking werkt nu plotseling andersom.
De badkamer is nog zo'n bron, zo niet, van frustratie dan op z'n minst van kritiek.
Je hebt douchefans en badadepten.
Mijn echtgenoot is een man van de tobbe.  Een half uurtje zalig weken. Maar natuurlijk alleen thuis, want op vakantie is het exemplaar meestal een halve meter te kort.
Ik ben eerder de vrouw van de snelle douche.  Ik ben zo'n beetje als een kat : ik maak me niet graag nat en die kouwelijke bedoening nadat de kraan is dichtgedraaid en voor je je hebt afgedroogd, vind ik ronduit hatelijk!
Thuis hebben we een heerlijk ruim stortbad waar je wat armslag hebt en een sproeikop die zijn taak zonder te sputteren naar behoren vervult. 
Anders dan op vakantie dus, er is altijd wel iets mis.
In je blootje met één arm in de douche doe je de eerste test.
De waterstraal is dan oftewel zeer teleurstellend of veel te hard, zodat je al helemaal natgespetterd wordt door het nog niet op temperatuur zijnde water.  Nadat je de warmteregeling iets of wat op peil gekregen hebt wurm je je door het veel te smalle schermdeurtje om tot de ontdekking te komen dat dit niet goed afsluit.  Als het een douchegordijn betreft, is dat nog een grotere ramp.  Dan probeer je je zo goed mogelijk in te zepen met die onhandelbare kleine, niet tot schuimen te verleiden, zeepjes, want die zakjes douchegel krijg je zelfs met je tanden niet open.  Sorry, maar ik vertik het om een serieus stuk zeep van thuis mee te nemen, dat is alleen maar overtollig gewicht (zie : Travelling light!).  Ondertussen zitten de muren voortdurend in de weg, want in hotels geldt de regel  'Space is money', immers, enkele centimeters hier en daar maakt op het einde van de gang een extra kamer. 
Nog een uitdaging is het gebrek aan washandjes. Een blijkbaar typisch Belgisch uitvinding waarvan men het nut en de handigheid in het buitenland nog niet ontdekt heeft, want ik ben er daar nog nooit eentje tegengekomen.  Dan wordt het tijd om je te haasten want anders kan je er donder op zeggen dat het warm water is opgebruikt voor je bent afgespoeld.  Als je dan ijlings naar de handdoek tast om aan de koude waterstraal te ontsnappen, kom je tot de constatatie dat de badkamer half onder water staat en dat het nog een hele klus wordt om zowel je voeten als de vloer droog te krijgen met dezelfde handdoek.
Laatst had mijn man pech.  Er was helemaal geen bad aanwezig.  Maar als om het goed te maken wel een superdeluxe massagedouche/sauna.  Knopjes, sproeikoppen en spuigaten genoeg maar geen gebruiksaanwijzing.  Het vraagt dus heelwat moed om daar in te stappen.  Je drukt eerst op het knopje : relax.  Daar kun je niet veel kwaad mee doen, maar om even later je haar uit te spoelen is dat niet echt afdoende dus, dan maar over naar een straffere straal. Wat te kiezen? Reflex, sport, massage, vortex... Ik heb ze allemaal geprobeerd. Het ene al pijnlijker dan het andere.  Een welgemikte reflexstraal in je oog of een vortex meedogenloos op je tepel is echt eerder een marteling dan een massage.  Al gillend tast je naar de stoptoets, maar die bestaat helemaal niet.  Om aan dit onheil te ontsnappen bestaat in deze futuristische cabine slechts één remedie : op een ouderwetse manier gewoon de kraan dichtdraaien.
Oef!
Of, zelfs ook in dit geval : Oost west thuis best!

2.bVB

maandag 11 juni 2012

Katteneten

Weet U wat egeltjes eten?
Ik wel en mijn dochter ook.  Kattenkorrels!
Vorige week werd ik daar na jaren nog eens aan herinnerd in een natuurprogramma op tv.  Daar vroeg men aan aan een oppasser van een dierenopvangcentrum wat men die gevonden stekelbeestjes zoal te eten geeft.  Inderdaad : katteneten.
Niet zo eigenaardig, denkt U.  Maar de leerkracht in het tweede leerjaar dacht er anders over.  Mijn dochtertje gaf in die tijd hetzelfde antwoord op dezelfde vraag en de juf oordeelde dat het fout was.  Zij had het nochtans met haar eigen ogen gezien. 
Voor het eerst in haar jonge leven trippelde er een egeltje door onze tuin.  Zo stil mogelijk bespiedden wij het diertje vanuit het keukenraam.  Na enig rondgesnuffel ontdekte het het etensbakje van onze poes en begon gulzig de achtergebleven korreltjes te verorberen.  Heel verontwaardigd toonde mijn dochtertje enkele dagen later haar verbeterde toets en was natuurlijk nog meer van streek toen ik daar ook nog hartelijk om moest lachen.
Ja, zelfs een ooggetuigenverslag is niet altijd goed genoeg voor de juf maar blijkbaar toch wel voor een dierenliefhebber of bioloog.

2.bVB

zondag 3 juni 2012

Travelling light

Het zal mij nooit lukken vrees ik.
Zoveel verschillende dingen om rekening mee te houden :
- alle soorten weersverwachtingen
Het is niet omdat je naar een warm land reist dat het geen slecht weer kan zijn.
Eenmaal heb ik de fout gemaakt om zonder jas of paraplu naar Spanje te vertrekken. Vier van de zeven dagen heeft het geregend en ik had welgeteld één dun vestje bij en één t-shirt met lange mouwen, voor de rest topjes en zomerkleedjes. Niéeet leuk!
- het soort hotel
All-in, chic, casual, B&B...
Als bijvoorbeeld iedereen zich optut voor het avondeten zou ik het jammer vinden als mijn nooit gedragen cocktailjurkje thuis in de kast hangt.
- geplande of niet geplande activiteiten
Stappen vraagt stapschoenen, shoppen vraagt stadskleding, strandliggen heeft gelukkig niet veel om het lijf...
- het tarragewicht van een stevige koffer
- ...
Dat alles samen maakt dat ik meestal zwaar beladen vertrek.
Gelukkig staan er tegenwoordig wieltjes onder die dingen, maar je kan blijkbaar toch nergens komen of de lift is stuk of hij is gewoon niet aanwezig. Wat de welwillende Italiaanse B&B-uitbater laatst lachend betreurde toen hij mijn 'bomba' het smalle trapje opzeulde.
Het laatste ritueel voor we thuis de deur uitgaan voor een vliegvakantie is dan ook de weging 'met' en 'zonder'(beide soms even confronterend), om op de luchthaven niet met rode oortjes te staan. Je weet immers nooit hoe streng men gaat controleren.  Meestal met chartervluchten wordt er niet op een kilootje meer of minder gelet en soms wordt zelfs het gewicht van je bagage helemaal niet nagekeken, maar een heisa zoals vorig jaar in Kreta wil ik in de toekomst toch liever vermijden.
In het heengaan tikte de weegschaal af op een comfortabel kilootje onder het maximum toegelaten gewicht. Maar bij terugkomst bleek het jurkje en de sandaaltjes, samen met de broeksriem van mijn man, zogezegd meer dan 4 kilo te wegen en werd ik prompt doorverwezen naar een andere balie voor betaling van overgewicht.
Onze voorgangers waren ook al allen daarheen en ik had dus tijd gehad om mijn verontwaardiging voor te bereiden.  Toen ik geërgerd voorstelde om een deel over te laden in mijn handbagage kreeg ik echter te horen dat die eigenlijk ook al te zwaar was.  Na nog wat, in mijn beste Engels, getouwtrek heb ik gelukkig toch mijn slag thuis gehaald, maar ik heb mijn lesje geleerd : een beetje meer speling en je kan tenminste ontspannen inchecken.
Ik troost mij nochtans met de gedachte dat sommigen nog een groter probleem hebben dan ik.
Enkele jaren geleden mocht er een vriendinnetje van mijn 14 jarige dochter mee op vakantie.  De mama informeerde hoeveel bagage ze kon meenemen.  Met een gerust hart lachte ik dat een beetje weg en zei dat het niet echt een rol speelde daar we maar met z'n viertjes waren en in die tijd hadden we een auto waarvan de kofferbak in mijn ogen meer op het achtereind van een corbillard leek en dus het equivalent van een paar doodskisten makkelijk kon herbergen.  Toen we het meisje de dag van vertrek gingen oppikken en de twee enorme tassen zagen staan, moest ik echter toch wel even slikken.  Als ik daar nu op terugkijk, denk ik : hopelijk heeft dat kind vliegangst want dat waren minstens twee dùbbele 'bombas'.

2.bVB

zondag 13 mei 2012

Fietsen

Een mens kan tegenwoordig moeilijk doof blijven voor alle mogelijke aansporingen om toch maar voldoende te bewegen. 
Sinds we niet meer noodzakelijk zware fysieke arbeid moeten verrichten om onze kost te verdienen, zijn we verplicht ons alsnog, in onze vrije tijd, in het zweet te werken om een gezond lichaam te behouden.  
Ik vind het toch wel iets absurds hebben, joggers, om maar iets te noemen.  Een uur afzien en jezelf wijsmaken dat je dit doet voor de fun, terwijl, laat ons eerlijk wezen, onze slanke lijn de enige echte drijfveer is.
Onze kromgewrochte voorouders zouden ons gek verklaren.  Zij waren heel dankbaar voor de verplichte zondagsrust en een paar pondjes meer was hét teken van een goed leven.
De tijden veranderen...
Wat wij wel echt leuk vinden is fietsen.  In de geschikte weersomstandigheden weliswaar : niet te koud, geen regen, niet te veel wind... en zonder zo'n af(op)zichtelijk gestroomlijnd pakje wel te verstaan.  Het zal wel z'n voordelen hebben, zeker voor de  veiligheid, 't is te zeggen : zichtbaarheid in het verkeer en zachtheid in de broek.  Maar flatterend is anders, zelfs in een anorexiamaatje.  Die gehelmde wielertoeristen lijken, naar mijn menig, meer op buitenaardse wezens.
Laat mij, op een mooie dag, maar trappen in een fleurig zomerjurkje, de haren in de wind. Ook al zou ik daarbij geen extra calorieën verbruiken dan nog vind ik het heerlijk.
Zo gebeurde het vorige zomer dat we op een zonnige zondag onze tweewielers van stal haalden voor een recreatief tochtje.  We waren niet de enigen met dit sportieve idee, hele pelotons passeerden op onze weg. En ganse families, want tegenwoordig geen kind te klein of geen baby te slaperig of er bestaat een passend rijwiel voor.  Of dat allemaal even makkelijk wegtrapt, vraag ik me dan af. Een fietskar met twee peuters in trekken of een volgestouwde bakfiets duwen lijkt me meer iets voor ervaren tourrijders. Een fulltime bediende/ouder haalt het volgens mij net tot aan de eerste de beste speeltuin.
Maar het meest bizarre voertuig dat we die dag ontmoetten was een zelf geassembleerde driewieler waarbij meneer, mevrouw in de rolstoel, voortduwde. Wilden ze ergens een eindje te voet verder dan  kon mevrouw blijven zitten en werd de rolwagen gedemonteerd. Geweldige uitvinding en ontroerend om te zien.
Het uitstapje dat wij voor ogen hadden, leidde ons langs diverse fietspaden rond gans de stad.  Met een hele sliert gelijkgezinden profiteerden we van de frisse buitenlucht.
Op een bepaald ogenblik rook ik opeens de typisch penetrante geur van cannabis.  Dat zou wel van ergens uit de bosjes komen zeker.  Maar dat luchtje bleef maar in mijn neus hangen.  Ik begreep er niets van.  Tot ik mijn, op en top in het kleurrijke wielerpak zittende, voorganger voorbijstak. 
Ik geloofde mijn eigen ogen niet.
Redbull in de ene hand, jointje in de andere.
Ja, zelfs zonder kroost in de laadbak, hebben sommigen blijkbaar af en toe een speciale oppepper nodig.
Met gezond bewegen heeft dit in mijn ogen evenwel nog weinig te maken.

2.bVB

maandag 7 mei 2012

Nootjes

Je gaat uit eten of gezellig een terrasje doen en je wil genieten.
Gezellig bijpraten, lekker eten, een heerlijk fris drankje, vriendelijke bediening...  We zijn verwend en we willen het allemaal.
Tot mijn eigen grote ergernis moet ik echter vaststellen dat ik soms door de kleinste vergetelheid geïrriteerd kan raken en me niet weet te onthouden van verongelijkte commentaar : alle andere tafels krijgen, na het opnemen van de bestelling, een mandje vers heerlijk geurend brood, om de grootste honger te stillen,behalve wij; het wachten duurt net iets te lang; een koffie zonder koekje; een teleurstellend koekje, lees : speculaasje...  Als geroutineerde horecafrequenteerder stellen we ons al lang niet meer tevreden met minder dan een voortreffelijk zelfgebakken mini chocoladegebakje en een serieuze toef slagroom 'on the side'!
Hoe vaak gebeurt het niet dat het, tegen beter weten in, zo begeerde potje nootjes of olijven ontbreekt bij een paar glaasjes wijn of een rondje bier, hoewel alle andere tafels wel een kleine verwennerij krijgen.
Voor een dergelijke overtreding durf ik tegenwoordig wel al beleefd om een rechtzetting vragen.
Evenwel ben ik gelukkig nog niet zo frank en veeleisend als een bevriend echtpaar waar we laatst samen een pintje mee gingen drinken in de enige behoorlijke taverne die onze gemeente nog telt.  Gezellig!  Inderdaad, tot hun oog viel op het feit dat andere tafels, die slechts met 2 waren, een groter potje zoutjes kregen dan wij met ons vieren.  Stel je voor...
Bij een tweede rondje bleek zelfs geen enkel potje meer te bespeuren.  Waren wij even sukkelaars zeg!  Gezeur alom, tegen ons, maar niet tegen de kelner natuurlijk.  Met een paar kwinkslagen probeerden we dit nog weg te lachen. Aangenaam gezelschap is immers belangrijker dan gelijk welke gratis versnapering.  Vonden wij....
Toen ik echter mijn vriendin enkele dagen later sprak aan de telefoon, bleek dat zij er duidelijk anders over dachten.  Zij wilden deze mistoestand voor eens en voor altijd de wereld uit helpen.  Na herhaalde vruchteloze pogingen een e-mail te versturen naar de desbetreffende brasserie, hadden ze dan toch maar de stoute schoenen aangetrokken en getelefoneerd.  De patroon had hun vriendelijk te woord gestaan en hen verzekerd dat de grootte van de potjes met nootjes in de toekomst recht evenredig zou zijn met het aantal consumpties.  Gerechtigheid zou geschieden!
Voor anderen dan, want mij zien ze daar voor het eerst niet terug.  Je weet maar nooit of die man de juiste link weet te leggen met de stem aan de telefoon en het bijhorende gezelschap.

2.bVB

woensdag 2 mei 2012

Sam

Vorige week zondag, 22 april 2012, had ik opeens ontzettend de pest in : weer een vreselijk koude regendag.
Nu ben ik van nature echt wel een optimistisch persoontje en een maarts buitje of de spreekwoordelijke aprilse gril kan ik best verteren, maar zoals de weergoden ons dit voorjaar hebben beetgenomen, vind ik alles behalve grappig.
Begin maart was het na een wekenlange strenge winterkou opeens heerlijk lenteweer.  Niet alleen de tuinstoelen werden bovengehaald maar zelfs de parasol moest er aan te pas komen om al niet onmiddellijk te verbranden.  Tien dagen aan een stuk dachten we vertrokken te zijn voor een lange hete zomer.  De nieuwe felle modekleurtjes in de etalages deden dat gevoel alleen nog maar versterken. Dus de winterjassen en dikste truien verhuisden al naar de opbergdozen om plaats te maken voor leuke t-shirts en frisse zomerjurkjes, ook al beseften we ergens wel dat dit te mooi was om echt te blijven duren.
En ja, het zonnetje verdween maar niet alleen dat. Het klimaat nam opnieuw een bocht van 180°.  Nu is het dus al meer dan 4 weken (met uitzondering van gisteren en de dag daarvoor) somber, winderig, koud en nat met temperaturen rond de 10 à 11° en 's nachts zelfs tegen het vriespunt.  Je zou dus voor minder slecht gezind worden.  Een echte 'baaldag'!
We prezen ons wel gelukkig dat we vriendelijk bedankt hadden voor een weekendje fietsen met de familie. Altijd het positieve blijven zien hé.
Maar een beetje lichaamsbeweging na een weekje intensief kantoorwerk konden we wel gebruiken.  We besloten ons dus aan een fikse wandeling te wagen.  Nog maar goed en wel vertrokken, kregen we al een fikse plensbui over ons heen.  Het ideale moment om mijn mooie nieuwe regenscherm open te vouwen!  Een mens mag ook aan de minder leuke dingen in het leven proberen op een stijlvolle manier het hoofd te bieden,  toch?  We hebben zelfs een tijdje dicht bij elkaar geschuild onder een forse boom toen ook mijn modebewuste paraplu zich niet meer voldoende van zijn taak kon kwijten.  Maar, zoals het het aprilse klimaat betaamt, konden we na 5 minuten weeral droog verder.
Andere voetgangers kwamen we in dit hondenweer niet tegen, maar plotseling werden we staande gehouden door een volgepropt autootje met het raampje naar beneden. Overduidelijk blije gezichten : eindelijk een wandelaar gevonden waaraan ze de weg konden vragen. In dit tijdperk van GPS overkomt je dit niet vaak meer. Of we de Henrilei wisten zijn?  Met een lichte twijfel in de stem wees mijn echtgenoot hen in de, naar wij dachten, juiste richting.  Je vraagt je dan af waar die mensen precies naartoe willen : een bepaald restaurant, een gekende winkel... Een extra herkenningspunt is altijd geruststellend om er zeker van te zijn dat je het beide wel over dezelfde straat hebt.  Dus, voorovergebogen naar het met vijf personen volgestouwde wagentje, stelden we de prangende vraag.
Een vrolijke stem met duidelijk Hollands accent verkondigde fier : we zijn op zoek naar Sam Goris!
Ja, dat is natuurlijk ook een manier om een trieste zondagmiddag door te brengen : een internationale reis voor een bezoekje aan je idool.
Hij woont inderdaad in de Henrilei.  Hopelijk was hij thuis en niet te 'beroerd' om de deur te openen voor een handtekening en een foto als bewijs van hun geslaagde missie.  Die mensen hun dag daarmee goed makend.
De mijne kon al niet meer stuk!

2.bVB

dinsdag 1 mei 2012

Start

Ik was altijd al meer een taal- dan een wetenschapsmens.
Wanneer ik iets opmerkelijks zie of iets verrassend me overkomt, wil ik dat vastleggen.
Vroeg of laat wens je dan ook een publiek voor je schrijverij. Iemand een glimlach om de lippen leggen of even laten wegdromen met hun kin op de hand bij wat mij boeit, lijkt me al fantastisch.
Dus, onder de noemer : gedeelde smart, halve smart, gedeelde vreugde, dubbele vreugde, deze blog.

2.bVB