dinsdag 9 september 2014

Nederlandse spraakverwarring.

Is het jullie ook al opgevallen dat de hedendaagse doorsnee verkoopster van Nederlandse of, zoals alleen zij dat mogen zeggen, Hollandse origine is? Kelners, idem dito.
Waar zij zo plots in grote getale vandaan komen is mij een raadsel. Zijn het studenten die aan het, in Nederland, torenhoge inschrijvingsgeld willen ontsnappen en een centje bijverdienen (bijklussen) of zijn het de kinderen van al die welgestelde ouders die in vorige decennia niet konden weerstaan aan het Vlaamse belastingparadijs?
Voor mij niet gelaten maar, zoals voor elke inwijkeling, van de hoeveelste generatie dan ook, geldt één primaire vereiste om te integreren en je job naar behoren te kunnen doen en dat is taalkennis.
Nu lijkt dit voor onze noorderburen een overbodige kwestie maar, ook al behoren we tot hetzelfde taalgebied, soms vraag ik me af of we niet toch een andere taal spreken.
Het Zuid-Afrikaans is vaak makkelijker te begrijpen en logischer dan het Hollands. Een hysbak kan toch alleen een lift zijn. Of moest iemand mij bijvoorbeeld vragen : 'Waar is de moltrein?', ik wijs hem zo de ingang van de metro. Geen woordenboek nodig!
Maar tegenwoordig zou ik er dus wel één kunnen gebruiken voor het Vlaams/Hollands vertaalwerk in winkel of restaurant. Geef toe het zou handig, en af en toe ook best grappig kunnen zijn, moest er zo één bestaan.
Voorbeelden genoeg :
                                    - pistolet = kadetje
                                    - moederhuis = kraamkliniek
                                    - platte kaas = kwark
                                    - zakje = tasje
                                    - vogelenmarkt = vogeltjesmarkt
                                    - gsm = mobieltje
                                    - bankcontact = pinnen
Zo vroeg ik laatst aan een verkoopster in een grote kledingzaak naar een zwarte 'parka' die ik on-line had gezien maar in de winkel niet kon vinden. Het lieve kind, duidelijk van Oranje, hoorde het in Keulen donderen (hoewel ik betwijfel of ze deze uitdrukking zou kennen). Ik verklaarde me nader : een sportieve regenjas met kap in het zwart met een tekening toon op toon. Pardon???(is dat geen Frans) Ik wees dan maar een kakigroen exemplaar aan en zei : zoiets maar dan in het zwart met een tekening in de stof. Het meisje bleef kijken alsof ik Chinees sprak en kon me duidelijk niet verder helpen.
Geen nood, verderdoor in de stad was nog een tweede filiaal.  Maar ook daar hing de bewuste parka niet in het rek. Zelfde vraag dan maar aan de daar presente winkelbediende. Jammer genoeg met dezelfde reactie. Gravend in mijn interne woordenboek van de Hollandse taal noemde ik een kap een capuchon(ook Frans) en gebaarde ik naar gelijkaardige modellen ... maar ze wist niet waarover ik het had. Toen ik bij de kassa arriveerde, met iets anders wat ik mij wenste aan te schaffen, en ook daar een noorderbuur aantrof heb ik, puur om te plagen, mijn vraag nog eens herhaald. Het bleef een Nederlandse spraakverwarring.
Het maakt je toch een beetje opstandig. Is het nog niet erg genoeg dat kruiswoordraadsels overduidelijk bijna uitsluitend door Nederlanders worden opgesteld. Of die Hollandse gps-stem! Een Vlaamse bestaat gewoon niet. Neen bedankt. Mijn wagen laat ik liever Engels praten dan dat altijd te moeten aanhoren. Ik weet wel dat we in de minderheid zijn, maar op deze manier lijkt het Belgisch Nederlands niet meer dan een dialect.
Voor de toerist in de straat draaien we als Vlaming vanzelf het knopje om en antwoorden naar best vermogen in het Engels, Frans, Duits, Spaans... ja zelfs in het Hollands, naargelang wie ons de vraag stelt, maar dat te doen in ons eigen land, tegenover iemand aan de andere kant van de toonbank, gaat voor mij een stapje te ver.
Horeca lijkt ook een leuke bijverdienste.
Maar ik weiger een Spa rood te bestellen als ik gewoon spuitwater bedoel ook al ligt Spa dan in België. (weten zij dat wel?) Als ik een fruitsapje vraag, bedoel ik automatisch appelsiensap zonder dat ik jus d'orange(Frans!) hoef te zeggen. En heb ik graag een portie frietjes dan mag die Hollandse kelner nog 3 maal 'pardon' zeggen, ik krijg het woord patat niet over mijn lippen. Het is al erg genoeg dat de Amerikanen ons 'Belgian National food' French fries noemen.


2.bVB